Tanden krijgen
Zo tussen de 6 en 8 maanden zal je baby zijn of haar eerste tandjes gaan krijgen, meestal zijn dat de snijtandjes midden onder in het mondje van je baby. Vervolgens komen de tandjes boven in het midden door. Daarna zullen de snijtanden er naast in de bovenkaak en vervolgens in de onderkaak doorkomen. Vaak volgen daarna dan de kiezen en de hoektandjes boven en onder. Gemiddeld rond de 2,5 jaar is het gebit van je zoontje of dochter compleet. Veel kinderen krijgen hun tandjes echter in een andere volgorde, of op een andere tijd. De volgorde van tanden krijgen is dus in principe altijd “normaal”. Vaak zijn kinderen die laat met hun eerste tandje zijn, snel klaar met alle andere gebitselementen. Er is nog nooit een kind beschreven in de medisch literatuur dat geen tandjes heeft gekregen.
Geboortetand
Af en toe ( 1 op 3000 kinderen) heeft een baby bij de geboorte al een tandje. Meestal staat deze tand erg los omdat zich nog geen wortel heeft gevormd. Wanneer moeders borstvoeding geven kan de tand scherp en vervelend zijn, en de baby kan een irritatie aan de tong krijgen. Wanneer de tand in die zin problemen geeft, kan de tandarts hem verwijderen. De tandarts zal wat verdovingszalf of -crème gebruiken en de behandeling is dan pijnloos.
Glazuurparel
In het mondje zijn soms witgele, kraalachtige bultjes te zien. Dit zijn geen tandjes die bijna doorkomen, maar restanten van cellen die melktandjes hebben gevormd. Deze witte bultjes veroorzaken geen pijn. Ze zullen in de loop van de tijd vanzelf verdwijnen.
Het doorbreken van de tanden
Tanden krijgen, en zeker kiezen krijgen, kan pijn doen. Vaak begint het met kwijlen, overal op bijten, en soms ’s nachts huilend wakker worden. Een baby kan ook een rode wang, luieruitslag, diarree, of een beetje verhoging vertonen. Sommige baby’s zijn ook wat onrustig en prikkelbaar, en eten ook tijdelijk wat minder. Er zijn overigens ook veel baby’s die nauwelijks klachten hebben. Wanneer je merkt dat je baby wel last heeft van het doorkomen van de tandjes kan je de pijnlijke plekjes een beetje “masseren” met je vinger, dit werkt soms verlichtend. Bijten op van alles, maar ook een in de koelkast gekoelde bijtring is vaak lekker. Verder zijn er bij de drogist of apotheek twee middeltjes te koop die de pijn kunnen bestrijden. Als eerste kan je Dentinox kopen. Dentinox is een plaatselijk verdovingsmiddel, het bevat lidocaïne. Wanneer het opgebracht wordt op de pijnlijke plek, zal dat plekje verdoofd worden. De vloeistof spoelt er vanzelf weer af en dan zullen de klachten weer terug komen. Uiteraard is het niet handig om Dentinox voor een voeding te gebruiken, dan spoelt het speeksel het middeltje direct weer weg. Bovendien bestaat er verslikking gevaar als Dentinox in de keel zakt en daar de achterwand verdooft.
Ten tweede is er een homeopathisch middel te koop: Chamodent. Chamodent geeft een lichte vorm van pijnbestrijding, Het zijn tabletjes die dagelijks gegeven moeten worden ook als het kind niet altijd evenveel klachten heeft. Dit kan een nadeel zijn.
Wanneer de baby zoveel klachten heeft dat het nachtenlang aan het spoken is, kan ook (alleen voor de nacht, en niet elke avond) een zetpilletje paracetamol gegeven worden.
Tanden poetsen
Zodra de eerste tandjes doorkomen, moet er gepoetst worden.
Eenmaal per dag is in het begin genoeg, liefst met een klein streepje peutertandpasta op de borstel. De tandpasta verwijdert de tandplak, en de fluor uit de tandpasta versterkt het glazuur van de tand. Neem de kleinste borstel die te koop is. Er zijn ook borsteltjes te koop die je op het topje van je vinger kan zetten, zodat je voorzichtig met je eigen vinger de nieuwe tandjes kan poetsen. Poets elke dag, en wen het kind zo ook aan de routine van elke dag tandjes poetsen. Wanneer je elke dag de tandjes van je kind poetst met peutertandpasta is het geven van fluoride tabletjes niet nodig, tenzij de tandarts dit adviseert.
Tandbederf voorkomen
Tanden komen, zodra ze doorgebroken zijn, in contact met bacteriën. Bacteriën zetten suikers om in zuren, en de zuren tasten het tandglazuur aan. Tandplak is een kleverig laagje waar speekseleiwitten, suikers, bacteriën en zuren in zitten. Door elke dag de tanden van je kind te poetsen verwijder je het tandplak en dus ook de schadelijke bacteriën. Bacteriën kunnen ook overgebracht worden via de verzorgers (door knuffelen, het voorproeven van de fruithap of het aflikken van het speentje). Hoe minder bacteriën ouders zelf in hun mond bij zich dragen, hoe minder het kindermondje wordt besmet. Een goede gebitsverzorging is voor de ouders dus ook erg belangrijk. Geef je kind zo weinig mogelijk suikers (ook vruchten, vruchtensappen en melk- of yoghurt dranken bevatten suiker) en beperk het eten en drinken van suikerhoudende dranken, inclusief de tussendoortjes, tot maximaal 6 momenten per dag. Geef je kind niet de hele dag de beschikking over een flesje sap. Als je kind de hele dag wil sabbelen, doe dan water in het flesje of bekertje. Kinderen hoeven niet de hele nacht een flesje vocht bij zich te hebben, maar als dat toch nodig is, doe er dan geen sapjes of andere suiker bevattende drankjes in, maar uitsluitend water.